Welkom bij mijn nieuwsbrief Over Morgen. Een nieuwsbrief waarin ik iedere twee weken in ga op ontwikkelingen en innovatie in de regionale journalistiek.
Of eigenlijk welkom terug, want deze nieuwsbrief verscheen een paar weken niet vanwege de zomervakantie. Behalve om bij te komen van een druk jaar heb ik die weken ook gebruikt om na te denken over deze nieuwsbrief. Aan het thema zal niet zoveel veranderen maar aan de inhoud ga ik wel een beetje sleutelen. Wat minder lange essays en wat meer lijstjes.
Een van de dingen die ik altijd doe als ik op vakantie ga, is het rigoureus terugsnoeien van mijn nieuwsconsumptie. Voor mijn werk is het nodig om altijd zo goed als mogelijk op de hoogte te zijn van alles dat speelt. Niets is dan ook zo heerlijk om daar even los van te zijn. En dus zette ik begin juli alle notificaties uit en scrollde ik slechts af en toe door een nieuwsapp.
Ik was van plan om na mijn vakantie die notificaties gewoon weer aan te zetten. Maar ik heb het niet gedaan. Toen ze nog aanstonden, gaf het alleen maar onrust. Alsof je continu belangrijke dingen mist. Maar eerlijk gezegd, zo’n notificatie is zelden echt urgent. Zonder ze voelt het leven overzichtelijker.
Die onrust, die voelen veel mensen. Ze hebben het gevoel alsof ze overweldigd worden door alles wat er in de wereld gebeurt en dat het eigenlijk altijd alleen maar negatief is. Daardoor voelt het alsof ze de controle verliezen over hun eigen leven. Het maakt ze zelfs depressief. En dus mijden ze het nieuws liever. Uit het laatste rapport van het Reuters Institute, waar ik in de laatste nieuwsbrief voor de vakantie over schreef, bleek dat dat zelfs voor dertig procent van de Nederlanders geldt.
Er zijn zelfhulpgoeroes die beweren dat je voor je persoonlijke welbevinden nieuws beter kan mijden. De Zwitser Rolf Dobelli bijvoorbeeld noemt nieuws ‘verslavend en verwoestend’. Het maakt ons onnodig angstig door bijvoorbeeld de gevaren van terrorisme te overdrijven. Volgens Dobelli kan je in plaats van de hele dag het nieuws checken beter af en toe de tijd nemen voor een groot artikel om een onderwerp helemaal te snappen. (Het is niet voor niets dat Rob Wijnberg van De Correspondent wegliep met Dobelli.)
Natuurlijk is het goed om uit te zoomen in plaats van het nieuws continu te volgen terwijl het zich ontvouwd. Maar is het realistisch en wenselijk om zo met nieuws om te gaan? Ik heb er mijn twijfels bij.
Wat is nou echt het probleem?
Maar in de kritiek van nieuwsmijders op de journalistiek zit wel een belangrijke vraag waar we als nieuwsmedia iets mee moeten: maakt wat we maken onze lezers somber of maakt hoe we het maken hen neerslachtig?
Die vraag is ook de titel van een opiniestuk dat journaliste Amanda Ripley begin juli schreef voor The Washington Post. Ook zij zag de somberte om zich heen. En niet alleen bij lezers, nee ook bij zichzelf en veel van haar collega’s. Ze dacht lang na over hoe het zover kon komen en kwam uiteindelijk tot de conclusie: nieuws zoals het nu is, is niet voor menselijke consumptie bedoeld.
Today’s news, even high-quality print news, is not designed for humans. As Krista Tippett, the journalist and host of the radio show and podcast “On Being,” puts it, “I don’t actually think we are equipped, physiologically or mentally, to be delivered catastrophic and confusing news and pictures, 24/7. We are analog creatures in a digital world.”
Dat continu gepingel van push-notificaties. Die extra journaals. Ik ben niet de enige die het wel genoeg vind. Nee, niemand van ons kan er eigenlijk echt goed mee omgaan.
Nieuws voor de mens in de 21ste eeuw
Nieuws en journalistiek hebben wel een belangrijke rol in de samenleving. Een maatschappij waar informatie niet gedeeld wordt, is als los zand. Er is niets wat iedereen bij elkaar houdt.
Alleen: hoe maken we nieuws weer geschikt voor de mens?
Volgens Ripley zouden redacties drie ingrediënten moeten toevoegen:
Hoop. We hebben het gevoel nodig dat het goed kan komen. Dat er een oplossing is voor de problemen die we nu hebben. Meer focus op de oplossingen en minder op de problemen zou al heel veel helpen.
‘Agency’. Volgens mij is er niet echt een goede Nederlandse vertaling voor deze term. Wat ermee bedoeld wordt, is dat mensen het gevoel hebben dat ze iets kunnen doen. Ze kunnen acties ondernemen om een probleem op te lossen. Een goed voorbeeld zijn verhalen over klimaat. We lezen liever hoe we zelf door bewuster te gaan leven ons steentje bij kunnen dragen dan over smeltende gletsjers en stervende ijsberen.
Waardigheid. Ripley heeft het over ‘dignity’. Wat ze daarmee bedoelt is dat je je als lezer gehoord voelt. Dat je antwoorden krijgt op je vragen en de mogelijkheid hebt om mee te denken.
Hoe ziet dat er dan uit?
Het voordeel van een zomerstop van enkele weken is dat je wat langer rond kan lopen met een idee en tegen concrete voorbeelden aanloopt. De ideeën van Ripley worden namelijk, bewust of onbewust, al opgepakt door Nu.nl.
Hoofdredacteur Gert-Jaap Hoekman liep ook rond met cynische gevoelens over het nieuws en zorgen over het grote aantal nieuwsmijders. Van het hoofdredactionele blog:
We gaan de komende tijd onderzoeken of jullie ons echt te zuur vinden. En kijken wat we daaraan kunnen doen. Want we moeten beter ons best doen om perspectief te bieden. Om hoop te geven.
Eerste wapenfeiten: goed nieuws over het Great Barrier Reef, drie jonge ondernemers over hun duurzame oplossingen en een verbeterde versie van hun goed nieuws-rubriek die voorheen vooral bestond uit een ,,bij elkaar gezocht lijstje met nieuwsberichten die vooral geinig waren’’.
Benieuwd hoe dit verder gaat. En wat andere media ervan kunnen leren.
Ook interessant
Be Real. Social media-app Be Real maakte deze zomer een explosieve groei in populariteit door. Elke dag krijgen de gebruikers op een willekeurig tijdstip twee minuten de tijd om een foto te maken. Door de willekeur en de korte tijd zouden dat alleen maar spontane kiekjes moeten zijn. En daarmee een stuk authentieker dan de overgeproduceerde foto’s op Instagram. Mijn ‘two cents’: Be Real is net zo snel vergeten als Clubhouse. Techjournalist Casey Newton heeft een aardige analyse over het fenomeen.
Engagement vs social. Voor de zomer schreef ik al over de uitdagingen en kansen van TikTok. Daar kwam afgelopen tijd een interessant narratief bij, dat overal opdook: social media verandert in engagement media. Het vermaak op de apps komt niet meer van de posts van onze vrienden maar van video’s door volstrekt onbekenden die door het algoritme aan ons gekoppeld worden. Michael Mignano legt het in dit stuk goed uit. Voor nieuwsmedia kan deze omslag best goed uitpakken. Zij hebben immers de middelen om continu content te maken.
Web3-succes. De hype rond NFT’s en DAO’s en hoe die de wereld gaan veranderen, is weer een beetje gaan liggen. Maar toepassingen van Web3 voor media komen langzaam maar zeker bovendrijven. In zijn podcast Recode Media praat Peter Kafka met Kyle Chayka die een klein nieuwsbrievenimperium bestiert dat gefinancierd en gerund wordt met behulp van Web3. Zoals Chayka het vertelt, klinkt het veelbelovend. Al is het wel nogal niche wat hij doet. (Het gesprek met Chayka is sowieso de moeite waard. Het gaat ook over ‘algorithmic anxiety’, de angst dat algoritmes ons leven gaan beheersen.)
Kryptomon. Om nog even in de Web3-sferen te blijven: voor de zomer interviewde ik een van de weinige Friese bedrijven die zich hiermee bezighoudt. Kryptomon bouwt aan een op de blockchain gebaseerde game-wereld. Erg tof!
Vond je deze nieuwsbrief interessant? Abonneer je dan. En stuur hem vooral ook door! En wil je eens doorpraten over nieuwsgebruik of innovatie in de journalistiek? Laat het me vooral weten door deze mail te beantwoorden.
Dit was de twintigste editie van Over Morgen. De vorige edities gemist? Hieronder de links naar de vijf meest recente: